
Plaats van de prik
We geven de prik bij baby’s in het bovenbeen. Oudere kinderen krijgen hem meestal in de bovenarm.
Deze vaccinatie beschermt tegen de pneumokokkenziekte.
Je baby krijgt de vaccinatie tegen de pneumokokkenziekte op jonge leeftijd. Dan is deze ziekte het gevaarlijkst. Deze prik wordt 3 keer gegeven: op 3 maanden, 5 maanden en 12 maanden. Pas na alle 3 de prikken is je kind voldoende beschermd. Deze vaccinatie wordt samen met de DKTP-Hib-HepB-vaccinatie tegen difterie, kinkhoest, tetanus en polio, hib-ziekten en hepatitis B gegeven. Tot 18 jaar kun je deze prik gratis bij het CJG halen. Ook andere vaccinaties die je kind nog mist kan hij tot dan halen.

We geven de prik bij baby’s in het bovenbeen. Oudere kinderen krijgen hem meestal in de bovenarm.
De meeste kinderen hebben weinig last van bijwerkingen. Ze kunnen ontstaan binnen een paar uur tot 2 dagen na de prik.
Deze bijwerkingen komen het meest voor:
pijn, roodheid en zwelling bij de prikplek;
koorts;
huilen;
hangerigheid.
Deze bijwerkingen komen weinig voor:
langdurig huilen (meer dan 3 uur);
wegraken of flauwvallen;
zeer hoge koorts;
koortsstuipen.
Neem in deze gevallen altijd contact op met de huisarts.
In bijsluiters staat veel informatie over bijwerkingen. Dit zijn bijwerkingen die ooit zijn gemeld bij gebruik van een vaccin of medicijn. Het betekent niet dat het vaccin ze veroorzaakt heeft.
Heb je moeite met het lezen van bijsluiters? Lees hier onze tips om bijsluiters makkelijker te kunnen lezen.

Het kan lastig zijn om te beslissen of je jouw kind wil laten vaccineren. In dit webinar krijg je uitgebreide én betrouwbare informatie over de vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma. Daarnaast geven we informatie over de ziekten waar de vaccins tegen beschermen. Er is ook ruimte om twijfels over vaccineren te bespreken.